Direct naar content

Ontwerp Nationale Omgevingsvisie (NOVI)

Drinkwatervoorziening als nationaal belang

De drinkwaterbedrijven garanderen uitstekende kwaliteit van het drinkwater, maar hier zijn intensieve zuiveringsstappen voor nodig vanwege bedreigingen van onze bronnen – het grond- en oppervlaktewater. Ontwikkelingen als klimaatverandering en een toenemende druk op de boven- en ondergrondse ruimte vragen extra aandacht voor het zorgdragen voor voldoende zoetwater voor de drinkwatervoorziening. Dit heeft consequenties voor de (ruimtelijke) inrichting van de leefomgeving. Minister Ollongren heeft in de ontwerp-NOVI aangegeven dat het waarborgen van een goede waterkwaliteit, duurzame drinkwatervoorziening en voldoende beschikbaarheid van zoetwater geldt als nationaal belang.

16 september 2019 Oud standpunt

Vewin is het eens met deze constatering. Het nationale belang van de drinkwatervoorziening moet doorwerken in de prioriteiten en keuzes. Niet alleen de Rijksoverheid is verantwoordelijk voor de veiligstelling van de drinkwatervoorziening, dit geldt ook voor andere overheden. Daarom is het essentieel dat overheden bij het opstellen van visies, plannen en programma’s vroegtijdig het drinkwaterbelang meenemen.

De duurzame veiligstelling van de openbare drinkwatervoorziening moet concreet doorwerken in de prioriteiten en keuzes in de NOVI en provinciale en gemeentelijke omgevingsvisies.

Vewin kan zich op hoofdlijnen vinden in de ontwerp-NOVI. We hebben nog wel een aantal suggesties gerelateerd aan de concrete doorwerking van de drinkwatervoorziening als nationaal belang. Hieronder gaan we in op onze aandachtspunten bij de vier prioriteiten in de ontwerp-NOVI.

1. Ruimte voor klimaatadaptatie en energietransitie

Structuurvisie Ondergrond
Circa 60% van ons drinkwater wordt gemaakt van grondwater. Ook in de ondergrond doet het vraagstuk van verdeling van de schaarse ruimte zich voor. Het is goed om te onderzoeken hoe de verschillende functies gecombineerd kunnen worden in de drukke ruimte. In gebieden waar de functies niet samengaan, zijn ruimtelijke keuzes noodzakelijk. Het Rijk heeft in de Structuurvisie Ondergrond (STRONG) aan provincies en drinkwaterbedrijven gevraagd om Aanvullende Strategische Voorraden (ASV’s) aan te wijzen en daarvoor het beschermingsbeleid i.r.t. mijnbouw te formuleren. Het Rijk heeft aangegeven dat het daarin volgend zal zijn. Dit moet tot uitdrukking komen in de NOVI. In de ontwerp-NOVI staat dat de provincies zorgen dat gebieden met goede potenties voor geothermie, winning van aardgas uit kleine velden en CO2-opslag, zoveel mogelijk buiten de begrenzing van ASV’s voor drinkwatervoorziening liggen. Dit geeft onvoldoende de vastgestelde inzet vanuit STRONG weer. De inzet is om beide opgaven te faciliteren door aan de voorkant af te stemmen. Functiescheiding is daarbij het uitgangspunt: niet boren in of onder de ASV’s.

Neem in de NOVI het uitgangspunt van STRONG op: Het Rijk heeft aan provincies en drinkwaterbedrijven gevraagd om ASV’s aan te wijzen en daarvoor het beschermingsbeleid rond mijnbouw te formuleren. Het Rijk zal daarin volgend zijn.

Functiescheiding tussen drinkwatervoorziening en geothermie is het uitgangspunt i.r.t. ASV’s.

Internationale inzet voor waterbeschikbaarheid

De Maas en de Rijn vormen een essentiële bron voor de drinkwatervoorziening in Nederland. Onze buurlanden, zoals Duitsland en België, buigen zich ook over waterbeschikbaarheid en voorkomen moet worden dat maatregelen in deze landen bij ons tot problemen leiden. De constante aanvoer van het water staat door verschillende ontwikkelingen bovenstrooms zowel in kwantitatieve als kwalitatieve zin onder druk. Lagere afvoeren leiden bovendien tot hogere concentraties verontreiniging. De droogte onderstreept het belang van een grensoverschrijdend overzicht van concrete maatregelen die van invloed zijn op de waterbeschikbaarheid in Nederland en waar nodig afspraken met onze buurlanden.

​2. Duurzaam economisch groeipotentieel

Voldoende en schoon oppervlaktewater voor de drinkwatervoorziening
Bij economische groei hoort ook het zoveel mogelijk terugdringen van schadelijke emissies naar het milieu. Een nieuwe uitdaging voor met name oppervlaktewater als bron voor drinkwater wordt gevormd door de opkomende stoffen, zoals nieuwe stoffen uit de industrie. Bij vergunningverlening en handhaving moet de mogelijke impact van een industriële activiteit op drinkwaterbronnen meegewogen worden. Circa 40% van ons drinkwater wordt gemaakt uit oppervlaktewater. In de Toelichting bij de ontwerp-NOVI wordt echter vooral ingegaan op grondwater voor de drinkwaterproductie en er is een kaart opgenomen van de gebieden die van belang zijn voor drinkwaterwinning uit grondwater. Het belang van voldoende en schoon oppervlaktewater moet ook tot uiting komen, o.a. door een kaart op te nemen met de oppervlaktewateren die gebruikt worden voor de productie van drinkwater, zodat hier door bevoegd gezag, ook bovenstrooms, rekening mee gehouden wordt bij het toestaan van activiteiten of lozingen.

Neem in de NOVI, naast grondwater, ook het belang op van voldoende beschikbaarheid van oppervlaktewater voor de drinkwatervoorziening.

Neem in de Toelichting bij de NOVI een kaart op van welke oppervlaktewateren gebruikt worden voor de productie van drinkwater (zie bijlage 1).

Zoetwaterbeschikbaarheid als uitgangpunt bij ruimtelijke inrichting

Bij industriële productieprocessen is zoet water een belangrijke productiefactor. De groei van het aantal datacenters leidt bijvoorbeeld tot een grotere watervraag. Daarmee is de beschikbaarheid van water een economische vestigingsvoorwaarde van belang. De droge zomer van 2018 heeft laten zien dat voldoende zoet water niet overal vanzelfsprekend voorradig is. Waterbeschikbaarheid moet een hogere prioriteit krijgen bij besluiten over ruimtelijke inrichting en infrastructurele projecten. Dit geldt ook voor woningbouw; voldoende water voor goed functionerende nutsvoorzieningen is essentieel. Het is daarnaast van belang om te onderzoeken voor welke industriële toepassingen, bijvoorbeeld koelen, andere bronnen dan drinkwater kunnen worden gebruikt.

De beschikbaarheid van voldoende zoetwater moet een uitgangspunt zijn bij besluiten over ruimtelijke inrichting, woningbouw en infrastructurele projecten.

3. Sterke en gezonde steden en regio’s

Bescherming infrastructuur
De economische en sociaal-maatschappelijk waarde van water groeit en wordt bepalender voor hoe we wonen en werken. De publieke drinkwatersector heeft de wettelijke taak om iedereen die daarom verzoekt een redelijk aanbod te doen voor aansluiting op de openbare drinkwatervoorziening (Drinkwaterwet art. 8). In dat verband heeft zij tot taak het tot stand brengen en in stand houden van de infrastructuur voor de productie en distributie van drinkwater. Tegenover deze belangrijke publieke opdracht voor drinkwaterbedrijven moeten rechten en waarborgen staan om daar op een goede en kostenefficiënte wijze aan te kunnen voldoen. De drinkwatersector is aangemerkt als topvitaal. Het is daarom van belang om in de NOVI op te nemen dat voldoende ruimte onder- en bovengronds nodig is voor aanleg, beheer en vervanging van leidingen en het geven van (ruimtelijke) bescherming aan (essentiële) drinkwaterleidingen.

Veranker de bescherming van de topvitale infrastructuur voor de drinkwatervoorziening in nationale en regionale omgevingsvisies en verordeningen.

4. Toekomstbestendige ontwikkeling van het landelijk gebied

Waterkwaliteitsknelpunten vanuit de landbouw
Een belangrijke bedreiging voor de drinkwaterbronnen vormen bestrijdingsmiddelen en meststoffen uit de landbouw. In de ontwerp-NOVI wordt gesteld dat de duurzaamheidstransitie in de landbouw onder meer gericht zal zijn op het halen van waterkwaliteitsdoelstellingen, door nagenoeg geen emissies naar het milieu. Het meest urgent zijn de meest milieubelaste en kwetsbare gebieden, zoals grondwaterbeschermingsgebieden. Vewin is blij met deze inzet van de minister. De ontwerp-NOVI spreekt echter van een regierol bij decentrale overheden. Het Rijk heeft ook een belangrijke rol in het terugdringen van landbouwemissies en is verantwoordelijk voor het halen van de doelen van de Kaderrichtlijn Water, de Nitraatrichtlijn en de regelgeving rond gewasbescherming. Het is essentieel dat deze rol tot uitdrukking komt in de NOVI bij de aanpak van waterkwaliteitsknelpunten vanuit de landbouw.
-Neem in de NOVI de verantwoordelijkheid en rol van de Rijksoverheid op bij de aanpak van waterkwaliteitsknelpunten vanuit de landbouw, o.a. in het kader van de Europese verplichtingen.

Alexander van den Honert

Stuurgroepsecretaris Doelmatigheid, Transparantie & Waterketen

honert@vewin.nl

070 349 08 55

Contact

Naam(Vereist)
E-mailadres(Vereist)
Laat ons weten wat je bezighoudt. Heb je een vraag voor ons? Stel hem gerust.
*Verplicht veld

Abonneren Waterspiegel

"*" geeft vereiste velden aan

Naam*
Adres*