Direct naar content

Mijnbouwwet (vergunningsstelsel opsporen en winnen van aardwarmte)

Grondwater voor de drinkwaterwinning is een zeer kwetsbare functie in de ondergrond. Incidenten met borin­gen voor zoutwinning en afvalwaterinjectie etc. tonen aan dat het risico op grondwaterverontreiniging door lekkages bij mijnbouwactiviteiten niet uitgesloten is. Bij nieuwe onder­grondse functies zoals aardwarmte moet het voorzorgsprincipe daarom leidend zijn. Het concept wetsvoorstel voor wijziging van de Mijnbouwwet omvat gewijzigde regels voor vergunningverlening voor het opsporen en winnen van aardwarmte. Deze regels dienen te borgen dat risico’s voor het grondwater worden voorkomen; dat is nu op een aantal punten onvoldoende het geval.

21 september 2020 Oud standpunt

1. Vooraf uitsluiting van gebieden voor de drinkwatervoorziening bij vergunningverlening

In de Structuurvisie ondergrond (STRONG) is vastgelegd dat mijnbouw is uitgesloten in bestaande gebieden voor de drinkwatervoorziening. Tevens is in STRONG aangegeven dat het Rijk in de nog aan te wijzen aanvullende grondwaterreserves voor de toekomstige drinkwatervoorziening het beleid van de provincies zal volgen voor de beoordeling van mijnbouwactiviteiten. Vewin is van mening dat deze lijn doorwerking dient te krijgen in het wetsvoorstel. Om daar inhoud aan te geven dient bij aanvragen voor een zoekgebied en een startvergunning voor aardwarmte cf. artikelen 24 en 24o eveneens een beschrijving gevraagd te worden van de door het rijk of provincies voor mijnbouw uitgesloten gebieden voor de drinkwatervoorziening. Deze gebieden dienen van het zoekgebied en de vergunning te worden uitgezonderd. Tevens dient volgens ons in de afwijzingsgronden voor een vergunningaanvraag (cf. art. 24i, 24aj en 24ao) toegevoegd te worden dat een vergunningaanvraag zal worden afgewezen voor zover dit gebieden voor de drinkwatervoorziening betreft waarin winning van aardwarmte door rijk in STRONG of door provincies in verordeningen niet is toegestaan, alsmede bij mogelijke effecten op grondwater voor de drinkwatervoorziening.

Neem uitsluiting van Mijnbouw in gebieden voor de drinkwatervoorziening in de eisen voor vergunningverlening en afwijzingsgronden voor vergunningen (cf. art. 24i, 24t, 24aj en 24ao)

2. Regelgeving voor het putontwerp

Artikel 24w biedt de mogelijkheid om aan vergunningen bij AMvB voorschriften te verbinden voor de wijze waarop putintegriteit wordt geborgd, o.a. vanwege gebruik van grondwater voor de drinkwatervoorziening. Om risico’s van winning van aardwarmte voor het grondwater te voorkomen is het cruciaal dat aan het putontwerp voor aardwarmtewinning adequate eisen verplicht worden gesteld. Verschillende provincies hebben in verordeningen of richtlijnen eveneens regels geformuleerd voor het putontwerp voor aardwarmte, zoals bijvoorbeeld in de richtlijn geothermie Brabant. Daarnaast wordt door de geothermiesector initiatief genomen voor ontwikkeling van een leidraad putontwerp die zal worden vastgelegd als een ‘industriestandaard’. De status en verbindendheid van een ‘industriestandaard’ is echter onduidelijk. Onduidelijk is daardoor hoe het putontwerp nu precies gereguleerd wordt. Van belang hierbij is om in artikel 24w vast te leggen dat de regelgeving voor het putontwerp van provincies in ieder geval zal worden overgenomen.

Verduidelijk de rolverdeling tussen Rijk – SodM – Provincies – initiatiefnemer als het gaat om het putontwerp-Leg in artikel 24w vast dat provinciale regelgeving inzake putontwerp wordt overgenomen in vergunningvoorwaarden

3. Putintegriteit en grondwatermonitoring

Als basiseis om lekkages naar grondwater te voorkomen is het cruciaal dat een putconstructie altijd uitgaat van dubbelwandige verbuizing conform de best beschikbare technieken. In aanvulling daarop zal ook altijd monitoring van het diepe grondwater voorgeschreven moeten worden om eventuele lekkages op te kunnen sporen. Deze eisen dienen in de AMvB op basis van art. 24w lid 3 te worden vastgelegd.

Leg verplichte dubbelwandige verbuizing van geothermieputten vast in regelgeving, evenals monitoring van het diepe grondwater om lekkages te kunnen detecteren

4. Adviesrol

Op grond van artikel 24q en 24ah zal provincies worden gevraagd om over vergunningaanvragen te adviseren, mede met het oog op planmatig beheer van het grondwater voor de drinkwatervoorziening. Gezien het belang van de ondergrond voor de veiligstelling van de bronnen voor de drinkwatervoorziening en de wettelijke taak die drinkwaterbedrijven hebben volgens de Drinkwaterwet vinden wij het gewenst dat ook drinkwaterbedrijven hierin een adviesrol krijgen. Als minimumeis dient de wet te regelen dat de regionale overheden alle relevante belangen betrekken in hun advies. De memorie van toelichting dient daarvoor uit te spreken dat drinkwaterbedrijven betrokken dienen te worden bij de advisering door provincies, gemeenten en waterschappen.

Vul in artikelen 24q en 24ah aan dat drinkwaterbedrijven betrokken dienen te worden bij de advisering van provincies over mijnbouwwetvergunningen

5. Fondsvorming

Artikel 24w lid 1d biedt de mogelijkheid om bij AMvB bij de vergunningverlening regels te stellen inzake financiële zekerheden in verband met aansprakelijkheden. We roepen op om in deze AMvB eveneens financiële zekerstelling te regelen voor situaties waarin verontreiniging van grondwater met risico’s voor de drinkwatervoorziening is opgetreden. Via fondsvorming dienen financiële waarborgen te worden geregeld om verontreinigingen als gevolg van incidenten ook weer weg te nemen.

Waarborg financiële zekerstelling voor herstel van schade aan het grondwater voor de drinkwatervoorziening

Alexander van den Honert

Stuurgroepsecretaris Doelmatigheid, Transparantie & Waterketen

honert@vewin.nl

070 349 08 55

Contact

Naam(Vereist)
E-mailadres(Vereist)
Laat ons weten wat je bezighoudt. Heb je een vraag voor ons? Stel hem gerust.
*Verplicht veld

Abonneren Waterspiegel

"*" geeft vereiste velden aan

Naam*
Adres*